Loading...
 

3e zondag van de veertigdagentijd B - eerste lezing

Exodus 20, 1-17: Woorden om van te leven

De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 112-113)

God gaf de Israëlieten de volgende belangrijke regels.

Hij zei: ‘Ik ben de Heer, jullie God. Ik heb jullie uit Egypte weggehaald, en bevrijd uit de slavernij.
Vereer geen andere goden. Vereer alleen mij.
Maak geen beeld van een mens, of van een dier dat in de lucht, op het land of in het water leeft. Je mag geen beelden vereren of ervoor knielen. Want ik, de Heer, ben jullie God. Ik wil niet dat jullie andere goden dienen.
Als iemand mij ontrouw is en andere goden gaat dienen, zal ik hem straffen. Dan straf ik hem en ook zijn nakomelingen, tot en met de vierde generatie. Maar als iemand mij liefheeft en zich aan mijn regels houdt, zal ik goed voor hem zijn. Ik zal ook goed zijn voor zijn nakomelingen, zelfs voor de duizendste generatie.
Spreek mijn naam niet zomaar uit, zonder nadenken. Als iemand dat toch doet, zal ik hem straffen.
Vier de sabbat, want dat is een bijzondere dag. Zes dagen mogen jullie werken en bezig zijn met alles wat je moet doen. Maar de zevende dag is een dag die voor mij bestemd is. Dan mag je niet werken. Ook je zoon, je dochter, je slaaf en je slavin mogen niet werken. Je dieren mogen niet voor je werken. En ook de vreemdelingen die in jullie steden wonen, mogen niet werken. Ik heb in zes dagen de hemel en de aarde gemaakt, en de zee met alles wat daar leeft. Maar ik rustte op de zevende dag. Daarom heb ik de zevende dag gezegend. Ik heb er een heilige dag van gemaakt.

Heb respect voor je vader en je moeder. Dan zul je lang leven in het land dat ik je zal geven.
Vermoord niemand.
Ga niet vreemd.
Steel niet.
Vertel bij de rechter geen leugens over iemand.
Verlang niet naar iets dat van een ander is. Blijf af van zijn huis, zijn vrouw, zijn slaaf of slavin, zijn koe of zijn ezel, en van al zijn bezit.’



Dichter bij de tijd

(Bewerking: C. Leterme)

Toen sprak God de volgende woorden:
`Ik ben Jahwe jullie God,
Ik heb jullie weggeleid uit Egypte, het land waar jullie slaven waren.
Vereer geen andere goden behalve Mij.
Maak geen godenbeelden,
geen afbeelding van een wezen boven in de hemel,
beneden op de aarde of in de wateren onder de aarde.
Buig niet voor hen en bewijs hun geen goddelijke eer.
Ik, Jahwe jullie God, ben voor wie Mij haten
een jaloerse God die schuld heel lang wreekt.
Maar voor wie Mij liefhebben en mijn geboden onderhouden
ben ik een heel goede God.
Gebruik mijn naam niet zomaar,
als jullie dat toch doen, dan zal ik jullie straffen.
De zevende dag van de week moet heilig zijn voor jullie.
Zes dagen mogen jullie werken en van alles doen,
maar die zevende dag is een dag voor Mij.
Dan mogen jullie niet werken:
jullie zelf niet, jullie zoon niet, jullie dochter niet, jullie dienaren niet,
jullie dieren niet, zelfs niet de vreemdeling die bij jullie woont.
Want Ik heb in zes dagen de hemel, de aarde,
de zee met al wat er in is, gemaakt.
Maar de zevende dag heb Ik gerust
en zo de sabbat gezegend en tot een heilige dag gemaakt.
Heb eerbied voor jullie vader en moeder,
dan zullen jullie lang leven in het land dat Ik jullie schenk.
Dood niemand.
Pleeg geen echtbreuk.
Steel niet.
Vertel bij de rechter geen leugens over je naaste.
Wees niet jaloers op wat anderen hebben.



Stilstaan bij...

Woorden
Deze 'woorden' vormen de kern van de joodse wet. Ze bepalen hoe men moet leven als antwoord op de zorgende houding van God. Ze hebben het over de relatie tussen God en mens en over de relatie tussen mensen onder elkaar.

Weggeleid
Het wegleiden uit Egypte heeft Israël ervaren als een weldoende ingreep van God in hun geschiedenis. Als antwoord daarop wil Israël de ‘woorden / wetten’ van God respecteren. Het gaat hier dus niet om de wet als wet, maar om de wet als antwoord op wat God voor de mens doet.

Egypte
Egypte, een land aan de Middellandse zee, waar de joden vroeger onder de farao’s als slaven werden behandeld.

Beelden
Het is nog steeds niet vanzelfsprekend om foto’s / beelden te maken van mensen in Oosterse landen. Dit zou te maken hebben met de vrees die men heeft om zo de macht over iemand te krijgen. Zo mocht men ook geen beeld van God maken, om God niet te overheersen.
Bovendien hield dit het risico in dat men God zou herleiden tot een beeld.

Sabbat
Het Hebreeuwse woord 'sabbat' betekende in oorsprong vermoedelijk ‘zevende dag’. Net zoals God bij het scheppen van hemel en aarde de zevende dag rustte, zo moeten de joden op sabbat rusten ba het werken. Die verplichting werd in meer dan 360 wetten omschreven.

Eren / eerbied hebben
Het gaat hier om respecteren, met zorg omringen. Elders in de Bijbel wordt dit omschreven als: 'kinderen mogen hun ouders niet slaan, niet vervloeken, niet verachtelijk behandelen'.
Ze moeten hun ouders eren omdat die het leven, dat geschenk van God, aan hen hebben doorgegeven.





Bij de tekst

Als je dit verhaal vertelt...

... spreek dan over de ‘woorden’ van God, de manier waarop men nu spreekt over de ‘tien geboden’. ‘Woorden’ klinkt neutraler en minder negatief en moraliserend dan ‘geboden’.



Verschillende teksten in één

Omdat het hier gaat over de kern van de godsdienst, werd de overeenkomst bij de Sinaï telkens weer opnieuw en anders verteld. De schrijvers van de Bijbel wilden geen van die overleveringen laten verloren gaan. Maar door die naast en door elkaar te plaatsen, schreven ze een verwarde en verwarrende tekst.



Tien

Mensen hebben tien vingers. Als er tien dingen over iets te vertellen zijn, dan zijn die gemakkelijk op de vingers na te tellen. Zo waren er ook tien scheppingswoorden, tien plagen van Egypte.

In het geval van de tien woorden van God op de Sinaï:
. vijf woorden over de verhouding tussen God en de mensen
. vijf woorden over de relaties tussen mensen onderling.



Woorden / geboden?

Nu spreekt men over de ‘woorden’ van God. Vroeger had men over de ‘tien geboden’.
Omdat ‘woorden’ voor kinderen verwarrend kan werken (in de ‘tien woorden van God’ staan er meer dan tien woorden!) kun je overwegen om naast ‘woorden’ ook ‘richtingwijzer’, ‘wegwijzer’, 'leidraad' of ‘wenk’ te gebruiken, zodat kinderen de ‘tien woorden van God' hier al vlug mee gaan associëren.


In de late Middeleeuwen ontstond een vertaling met 'rijm'. Zo kon men die tekst beter memoriseren:

1. Bovenal bemin één God.
2. Zweer niet ijdel, vloek noch spot.
3. Heilig steeds de dag des Heren.
4. Vader, moeder zult gij eren.
5. Dood niet, geef geen ergernis.
6. Doe nooit wat onkuisheid is.
7. Vlucht het stelen en bedriegen.
8. Ook de achterklap en ’t liegen.
9. Wees steeds kuis in uw gemoed.
10. En begeer nooit iemands goed.



Betekenis

De relatie God/mens wordt uitgedrukt in een verbond dat gevolgen heeft voor de relatie mens/mens. Jahwe vraagt naar een levensstijl van rechtvaardigheid, eerbied en liefde voor de medemens.
Dit was uniek in de Oudheid, waar goden doorgaans alleen offers en gebeden vroegen.




De eerste vijf geboden bepalen de verhouding tussen God en de mensen (religieuze geboden):
. JHWH is de enige God
. Geen andere goden worden aangeroepen
. Gods naam wordt niet zomaar gebruikt
. Ouders geven het leven uit Gods hand door
. Doden mag niet, omdat alle leven goddelijk is.

De volgende vijf geboden gaan over de verhouding tussen mensen (sociale geboden):
. Dood niet (ook niet met woorden, onverschilligheid, machtsmisbruik ...) / respecteer het leven
. Pleeg geen overspel / Wees trouw
. Steel niet / Respecteer wat van een ander is
. Leg over een ander geen valse getuigenis af / Wees eerlijk en waar
. Wees niet bezitterig / Gun een ander ook wat



Wetboeken in de oudheid

Joodse wetten hebben typische eigenschappen wanneer men ze vergelijkt met wetten van andere volkeren. Maar:

. De joodse wet is gebaseerd op het gezag van Jahwe, niet dat van een koning.
. De meeste oosterse wetboeken beperkten zich tot de burgerlijke wetgeving. Morele- en geloofswetten horen daar niet in thuis. In de Bijbel zijn die drie soorten wetten niet van elkaar te scheiden.
. Er is één wet voor iedereen, wie men ook is.
. Er worden maximale straffen vastgesteld, maar men kan voor één misdaad maar één maal gestraft worden.



Simchat Tora

De letterlijke vertaling van de Hebreeuwse woorden 'Simchat Tora' is: 'Vreugde van de Wet'.
De Tora bestaat uit de vijf boeken van Mozes waarin de levensrichtlijnen staan die de mensen van God kregen. Elke maandag, donderdag en zaterdag (sabbat) lezen de joden er een deel van voor in de synagoge. Zo hebben ze na een jaar alle vijf boeken van Mozes uitgelezen.

Op Simchat Tora vieren de joden dat ze de Tora bezitten. Op dit dankfeest wordt het laatste deel uit Dewariem (Deuteronomium, het vijfde en laatste boek van de Tora) gelezen.
Na de laatste lezing worden alle rollen van de Tora in de armen genomen. De mannen die ze dragen, dansen ermee en zingen samen met de anderen. Aan de rondedansen, Hakkafot, doen ook de kinderen mee met kleine Torarollen en vlaggetjes. Dit zingen en dansen kan vele uren duren en zet zich ook wel voort op de straat.
Kort daarop gaat men tijdens de morgendienst verder met het begin van de Tora: het eerste hoofdstuk van Beresjiet (Genesis). Zo lijkt het of de Tora geen einde kent.

Klik hier om even te kunnen deelnemen aan de dans van mannen met de Tora in de armen.





Vragen van kinderen

Waarom werden de tien woorden van God gegrift op steen?

(C. LETERME in Samuel 2006 nr 8, p. 2)

Lang geleden schreven de mensen op perkament of papyrus, materialen die kunnen vergaan. In de Bijbel staat dat God de tien woorden die Hij aan Mozes gaf, gegrift heeft op twee stenen platen. Zo was het voor iedereen duidelijk hoe belangrijk die woorden wel zijn. Ze liggen inderdaad aan de basis van elk leven in gemeenschap. Behalve het woord over de sabbat en dat over de ouders, zeggen die woorden wat je niet mag doen. Ze klinken dus als ‘verboden’, maar je leest ze beter als grenzen die je niet mag overschrijden.
Na Mozes waren er profeten die, in naam van God, zegden dat er een dag zou komen dat die woorden van God niet meer gegrift zouden worden in steen, maar in het hart van de mensen. ‘Ik zal een nieuw verbond sluiten: Ik schrijf mijn Wet in hun binnenste, Ik grif die in hun hart.’
Deze uitspraak is werkelijkheid geworden met Jezus. Hij vatte de wet als volgt samen: ‘Hou van God de Heer en van je medemens. Om ervoor te zorgen dat die wet een plaats zou krijgen in het hart van elke mens, heeft Jezus zijn Geest gegeven. De wet die in steen werd gegrift, zei wat je niet mag doen. De wet die Jezus gaf is in je hart en vraagt jou om lief te hebben.






Bijbel en kunst

Beeldhouwkunst

L. MOCAN

Uitnodiging / Decaloog
Kunstwerk is van de Roemeense beeldhouwer Liviu Mocan.

"Het monument bestaat uit tien gouden pilaren, ongeveer vijf meter hoog, die lijken op menselijke vingers. De pilaren zijn in een cirkel geplaatst en hebben twee zijden: een gladde, voorgevormde zijde die naar het midden is gericht, waardoor een gevoel van rust en welzijn ontstaat als men in de cirkel staat. De andere kant, naar buiten gericht, vormt een scherpe, onverzettelijk snede.
Deze interactieve sculptuur nodigt bezoekers uit om in en uit de cirkel van pilaren te lopen, het goud aan te raken, op het kleine zitje in elke pilaar te zitten en na te denken over het kunstwerk en de ideeën die het inspireerden."

(Jonathan Tam, voorzitter van de beschermingscommissie voor uitnodiging / decaloog in Genève)

"Binnen de cirkel word je als het ware vastgehouden door een paar reuze handen, geborgen in Gods geboden en zijn liefde."
(Marleen Hengelaar-Rookmaaker, Art Way)





Schilderkunst

MICHELANGELO

Mozes (1513 - 1516)

5 Michelangelo Mozes

Michelangelo maakte dit beeld van Mozes uit Carraramarmer tussen 1513 en 1516. Het is 2,35 meter hoog en te zien in de kerk Sint-Petrus in Vincoli (Rome). Oorspronkelijk was het gemaakt voor het graf van paus Julius II (Giuliano Della Rovere).

Mozes zit neer. Onder zijn rechterarm heeft hij de Tien Geboden vast. Hij rust uit nadat hij die heeft ontvangen en afdaalt van de Sinaï. Hij is boos, want beneden de berg ziet hij de mensen rond het Gouden Kalf dansen.

Michelangelo beeldt Mozes af met hoorns op zijn hoofd. Dit is het gevolg van een foutieve vertaling van Exodus 34, 29-35 uit het Hebreeuws, een taal waarin vroeger alleen medeklinkers werden geschreven. Zo werd 'KRN' vertaald als 'KaRaN': hoorn. Maar 'KRN' kan men ook lezen als 'KeReN', en dan betekent het (licht)straal.
(Op dezelfde manier heeft men twee mogelijke uitspraken voor JHWH.
Men kan die letters uitspreken als: JaHWeH, maar ook als JeHoWaH.
Zo sprak men vroeger de naam van de koning NBCDNSR vroeger uit als NaBuCoDoNoSoR, terwijl men die letters nu als NeBuCaDNeSaR uitspreekt.)

Michelangelo vond dit werk zijn meest levensechte beeld. Er wordt gezegd dat toen hij met de rechterknie van Mozes klaar was, hij met zijn hamer op de knie van Mozes sloeg en zei: 'Perché non parli?' ('Waarom praat je niet!'). Op de knie van Mozes is een litteken te zien dat er op die manier zou kunnen gekomen zijn, maar er is meer kans dat dit het gevolg is van vandalisme.





REMBRANDT

Mozes en de tafelen der wet (1659)

5 Rembrandt Harmensz. Van Rijn

Gemäldegalerie in Berlijn


Verdrietig en ontgoocheld is de Mozes die Rembrandt schildert, wanneer die de Israëlieten het gouden kalf ziet aanbidden. Hij heft de stenen tafelen, waarop de Tien woorden staan, omhoog om ze kapot te gooien als reactie op die verering.
Op de voorste tafel staat de tekst van het zesde tot het tiende gebod. Die tekst werd geschreven in een 'kwadraatschrift', een schrift dat veel later ontstond dan de tijd van Mozes.





M. CHAGALL

Mozes
De Franse kunstschilder Marc Chagall (7 juli 1887 - Saint-Paul-de-Vence, 28 maart 1985), was van Joods-Wit-Russische afkomst.

Chagall Mozes

Dit is een van de vele voorstellingen die hij maakte van Mozes die de woorden van God ontvangt.

Merk op:
. God zelf wordt niet afgebeeld - men ziet alleen zijn hand.
. Mozes staat op de berg, tussen de mensen en God.
. De stralen rond zijn hoofd geven zijn uitzonderlijke middelaarsrol weer.





Suggesties

Grote kinderen

KENNISMAKEN MET DE BIJBELTEKST

Video ‘De wet van Mozes’

Klik hier voor een animatiefilm over Mozes en de tien woorden van God.



Afspraken

Toen Mozes met de Israëlieten uit Egypte trok, kreeg hij van God tien woorden. Deze woorden waren niet zomaar wat woorden. Het waren een soort afspraken, en een soort richtingswijzers: ze wezen aan hoe men moest leven om een gelukkige maatschappij te vormen.

''Twee kinderen lezen om beurt deze woorden voor:

. Ik ben jullie enige God.
. Gebruik mijn naam met eerbied.
. Vier Mij om de zeven dagen.
. Heb eerbied voor je vader en moeder: ze schonken je het leven.
. Alle leven is een geschenk van Mij. Dood het daarom niet.

. Blijf trouw aan de mensen van wie je houdt.
. Steel niet.
. Wees eerlijk in wat je zegt, lieg niet.
. Spreek geen kwaad over anderen.
. Wees niet jaloers op wat anderen hebben.


Veertig jaar trok Mozes met de Israëlieten door de woestijn. Veertig jaar lang konden ze oefenen om een gemeenschap te vormen waarbij de woorden van God een belangrijke plaats kregen in hun hart en in hun gemeenschap.


Overloop met de kinderen de tien woorden. Ze zoeken er drie uit waarvan ze vinden dat die best wel in de eigen groep meer aandacht mogen krijgen. Die schrijven ze in hun eigen woorden over op een aantal repen papier. Schik die daarna in een hoek van het lokaal.



Belangrijk
Een aantal 'geboden' wordt negatief geformuleerd - maar die kunnen positief vertaald worden.
Bijvoorbeeld:
'Je zult niet doden', wordt dan 'Je zult het leven respecteren'.





INFORMEREN

De Tora

(C. LETERME in Samuel Plus, uitgeverij Averbode, 2006 nr 8)

Dat zijn de vijf eerste boeken uit de bijbel. De joden zeggen dat Mozes ze zelf geschreven heeft. Ze worden met heel veel eerbied behandeld. Daarom raken de joden het perkament van de boekrollen uit eerbied niet aan met hun vingers, maar met een zilveren ‘vingertje’.

In die vijf boeken staan heel wat wetten, maar de belangrijkste zijn de Tien woorden die God aan Mozes gegeven heeft. Vijf woorden ervan zeggen iets over de relatie tussen de mens en God, vijf woorden zeggen iets over de relatie tussen de mensen onderling. Deze tien woorden kun je met wegwijzers vergelijken: ze zeggen wat je het beste doet of niet doet om goed te leven met je medemens en met God.





EVEN TESTEN

Van God houden en van de medemens

De tien woorden van God kan men groeperen rond twee belangrijke onderwerpen: God liefhebben en de medemens liefhebben.
Plaats enkele van de tien woorden van God bij: 'houden van God' of 'houden van de medemens'

. Je zult mijn naam met eerbied gebruiken.
. Spreek geen kwaad over anderen.
. Je zult trouw blijven aan de persoon van wie je houdt.
. Zorg ervoor één dag in de week te hebben om aan Mij te denken.
. Wees niet jaloers op het bezit van anderen.
. Alleen God is jullie God.





VERDIEPEN

Filosoferen over afspraken

(naar: TOV 4, Handleiding, Uitgeverij Pelckmans, p. 371)

Lees de volgende tekst uit de Bijbel:

Toen sprak God de volgende woorden:
‘Ik ben God die u weggeleid heeft uit Egypte.
U zult geen andere goden vereren.
U zult de naam van God niet oppervlakkig gebruiken.
De zevende dag van de week moet voor u een aparte dag zijn.
Respecteer uw vader en uw moeder.
U zult niet doden.
U zult niet ontrouw zijn in een relatie.
U zult niet stelen.
U zult niet vals getuigen tegen uw naaste.
U zult uw niets wegnemen wat toebehoort aan iemand anders.'
(Naar Exodus 20, 1-17)


Per twee gaan kinderen dieper in op deze 'woorden'.
- Wat vind je een goed 'woord'? Waarom vind je dat?
- Wat vind je een vreemd 'woord'? Waarom is dat?
- Welk 'woord' vind je heel belangrijk voor deze tijd?
- Welk 'woord' vind je wat verouderd? Waarom vind je dat?
- Welk 'woord' vind je het belangrijkste? Waarom vind je dat?
Schik daarna de andere woorden volgens belangrijkheid.



Een nieuwe formulering

De meeste geboden zijn negatief geformuleerd: je mag een groot aantal dingen niet doen. Daarmee is nog niet gezegd wat er wel moet gebeuren. Dat is iets wat de mens zelf kan bepalen.
Zoek zelf een leuke manier om twee geboden naar keuze 'positief' te omschrijven (een omschrijving dus zonder de woorden 'niet', 'geen'...)



Stellingenspel

(naar: TOV 4, Handleiding, Uitgeverij Pelckmans, p. 371)

Wie akkoord gaat met een stelling gaat aan de ene kant van het lokaal staan, wie niet akkoord gaat, gaat naar de andere kant van het lokaal.
Wie twijfelt gaat tussenin staan.
Na elke stelling verantwoorden een paar kinderen hun keuze.

. Mijn ouders krijgen alles van mij gedaan.
. Mensen mogen het leven van anderen niet beëindigen
. Als je met iemand trouwt, dan is dat voor het leven.
. Stelen kan nooit
. Als je honger hebt, mag je iets wegnemen?
. Liegen doe je nooit.
. Liegen om bestwil mag.
. In de naam van God mag je andere mensen bestrijden.
. Slechte dingen over iemand vertellen mag, als het de waarheid is.
. Jaloers zijn op wat iemand heeft, is zielig.



Het elfde gebod

Wat vind je zo belangrijk dat het een elfde gebod zou moeten worden?

Bijvoorbeeld
. Draag zorg voor dieren en natuur
. Wees lief voor elkaar
. Denk na voor je spreekt, twittert of reageert op sociale media
. Doe niets of niemand geweld aan.





BELEVEN

Woorden die richting geven

(C. LETERME in Samuel Plus, uitgeverij Averbode, 2006 nr 8)

Materiaal
Maak twee boekrollen (zie verder: DOEN)
Schrijf op één van die rollen:

. Ik ben jullie enige God.

. Gebruik mijn naam met eerbied.

. Vier Mij om de zeven dagen.

. Heb eerbied voor je vader en moeder: ze schonken je het leven.

. Alle leven is een geschenk van Mij. Eerbiedig het.




. Blijf trouw aan de mensen van wie je houdt.

. Steel niet.

. Wees eerlijk in wat je zegt.

. Spreek geen kwaad over anderen.

. Wees niet jaloers op wat anderen hebben.



Belangrijk
Noteer de tekst bij het overschrijven in kolommen, zodat je die nadien kunt lezen als in een echte boekrol.


Verloop
Verdeel de groep in kleine groepen. Ze brainstormen over:
- Wat vinden we belangrijk om een goede groep te hebben?
Spoor ze nadien aan om hun ideeën in een aantal zinnen samen te vatten. Verzamel alle ideeën en weerhoud met de kinderen ‘de tien belangrijkste wegwijzers’ voor de groep. Noteer die ‘wegwijzers’ op de boekrol waar nog geen tekst op staat.

Vertel dan het verhaal uit de bijbel waarbij verteld wordt hoe die woorden van God bij de mensen zijn gekomen. (Mozes trok met de Israëlieten weg uit Egypte naar het Beloofde Land. Onderweg kregen ze van God tien 'woorden', richtingwijzers die zegden op welke manier ze moesten leven om het goed te hebben met elkaar en met God)

Lees de tien ‘wegwijzers’ voor, zoals je ze hebt neergeschreven op één van de boekrollen.
De kinderen vergelijken die wegwijzers met wat zij afgesproken hebben:
- Wat is ongeveer hetzelfde?
- Wat is verschillend?

Nodig de kinderen uit om in hun eigen leven te zoeken naar voorbeelden die tonen hoe ze deze woorden kunnen realiseren. Stimuleer ze om zo dicht mogelijk bij hun leven te blijven, zodat ze niet vervallen in clichés en stereotiepe opsommingen.



Woorden van God, wegen voor de mensen

De veertigdagentijd is een tijd waarin mensen dichter bij God en de anderen willen komen.
Op het werkblad staan drie verkeersborden.
De kinderen zoeken per twee bij elk bord een 'woord' van God, dat hen treft.

Ze zoeken hierbij naar de gevolgen voor hun manier van leven.

Nadien lichten ze in een gesprek hun keuze toe.



Mijn eigen 'woord'

Nodig de kinderen uit om de eerste letter van hun voornaam te schrijven op een grote hand. Met die letter schrijven ze dan verder een woord waarmee ze de tien woorden van God kunnen realiseren.

Bijvoorbeeld:
Sarie - S - Samenwerken
Margot - M - Meedoen
Berend - B - Broederlijk Delen





VERTELLEN

De vlucht vogels

(C. LETERME, Een parel voor elke dag, Uitgeverij Averbode 2007, p. 252)

Een vogelvanger wierp eens een net uit over een tarweveld.
Tegen de middag kwamen er allerlei vogels voedsel zoeken.
De vogelvanger trok het net dicht
en ze waren gevangen.

Maar de vogels sloegen hun vleugels uit
en samen wisten ze met net en al te ontsnappen.
Toen de vogelvanger dit zag,
begon hij ze te achtervolgen.
'˜Waar loop je zo haastig naartoe?' vroeg een wandelaar.
'˜Ik wil die vogels vangen', antwoordde de vogelvanger,
'Ze zijn er met mijn net vandoor.'
'Dat wordt heel moeilijk,' zei de wandelaar,
'Zie je niet hoe eensgezind ze vliegen?'

Toen de zon onderging,
wilden de vogels ergens overnachten.
'Laten we naar de rivier vliegen,' stelden de eenden voor.
'Neen, naar een bananenboom,' schreeuwden de papegaaien.
'We gaan beter naar het moeras,' riepen de ibissen,
'Naar de rivier,' hielden de eenden vol.
'Naar een bananenboom,' krijsten de papegaaien.
'Het moeras,' riepen de ibissen.
En de eenden keerden zich naar de rivier, de papegaaien
naar een bananenboom en de ibissen vlogen richting moeras.

Het net begon te dalen. Het kwam steeds lager en lager
De vogelvanger kwam precies op tijd om het te grijpen.

De volgende dag werden alle vogels op de markt verkocht.

Naar een verhaal uit India




Overweging bij het verhaal
(C. LETERME in Kerk en leven, Federatie Rotselaar, 28 februari 2018, p. 1)

‘Eendracht maakt macht’
Gebundelde takken hebben veel meer kracht dan elke tak apart.
Maar als het touw rond de bundel vergaat,
dan valt de bundel uiteen en verliezen de takken al hun kracht.

Vogels die eensgezind in een bepaalde richting vliegen
- zoals in het verhaal hierbij -
zijn niet tegen te houden,
tenzij ze hun eenheid verliezen en in alle richtingen willen vliegen.

’t Is zeer de vraag wat een groep mensen bijeenhoudt.
Dezelfde hobby? Dezelfde zorgen? Dezelfde interesses? Dezelfde taal? …
Men kan zich ook afvragen wat gelovigen bijeenhoudt:
dezelfde teksten, dezelfde waarheden, dezelfde wetten, dezelfde afspraken? …

Uiteindelijk zijn het de woorden van God
die gelovigen bijeen houden.
Woorden die in het Oude testament werden opgeschreven
en vroeger gekend waren als de ‘tien geboden’.

Het zijn woorden die richting geven aan hun leven.
Ze zeggen hoe ze in het leven moeten staan
om samen gelukkig te zijn
en een leven uit te bouwen in de lijn van wat God voor de mensen wil.

Het zijn woorden die om respect vragen
voor anderen, voor voorwerpen, voor God, voor het leven.
Een respect dat een uiting is
van grote liefde voor al wat hen omringt.




Suggestie
Bespreek met de kinderen de situatie van de vogels: tijdens de vlucht, bij de gevangenneming.
- Waarom zijn afspraken belangrijk?
- Waar worden zoal afspraken gemaakt?
(sportclub, school, jeugdbeweging, buurt, thuis...)
Besluit dat afspraken mogelijk maken dat men samen iets kan realiseren.


Vergelijk de tien 'woorden' van God met afspraken / richtingwijzers die zeggen op welke manier men moet leven om het goed te hebben met elkaar en met God. Nodig de kinderen uit om in hun eigen leven voorbeelden te zoeken die tonen hoe ze die woorden kunnen realiseren. Stimuleer ze om zo dicht mogelijk bij hun leven te blijven, zodat ze niet vervallen in clichés en stereotiepe opsommingen.





DOEN

Boekrol

Klik hier om te zien hoe je een boekrol kunt maken.


Meer info over boekrollen
2000 jaar geleden waren alle boeken boekrollen. Dat betekent dat als je toen naar een bibliotheek (bijvoorbeeld de bibliotheek in Efese) ging, je daar in de rekken alleen boekrollen zou aantreffen. Om zo’n boekrol te kunnen lezen, rolde men het perkament (bewerkte dierenhuid) of papyrus (gemaakt van papyrusstengels – een soort riet) aan de ene kant op en wikkelde men het af aan de andere. Om de teksten goed leesbaar te houden werden ze in kolommen geschreven. Het was vroeger ook de gewoonte om een tekst luidop voor te lezen (‘lezen in stilte’ kende men niet).

Bij de joden is de Bijbel, die ze in de synagoge gebruiken, met een ganzenveder op boekrollen geschreven.

De vijf eerste boeken van de bijbel – de tora - zijn de belangrijkste boekrollen. Daarin staan de woorden van God die zowel voor joden als voor christenen belangrijk zijn. De joden zijn tot op vandaag zo blij met die woorden van God, die voor hen als wegwijzers in hun leven zijn, dat ze er elk jaar - als de eerste vijf boeken helemaal voorgelezen zijn in de synagoge - feest rond vieren. Daarbij dansen ze met de torarollen in de hand, die in een mooi geborduurde stof zijn ingepakt.





Jongeren

ONDERZOEKEN

Woorden die de weg wijzen

(Anne-Dominique Derroitte, Chantal Leterme in Samuel, Uitgeverij Averbode, 2008 nr 2)

Wetten, geboden ... het zijn woorden die de indruk geven dat we verplicht zijn om op een bepaalde manier te leven. Maar Jezus zegt dat alle raadgevingen die men in de Bijbel vindt, steunen op één woord: LIEFDE. Liefde voor God en liefde voor de medemens
In het Oude Testament kreeg Mozes tien ‘woorden van God'. Deze woorden noemt men ook de tien geboden. Je vindt ze in het boek Exodus (Exodus 20, 2-17) Deze woorden zeggen hoe het volk van God het beste leeft.
In het Nieuwe Testament vat Jezus al deze woorden samen in het ene woord LIEFDE. In zijn commentaar erop gaat Hij nog een stap verder. Liefde moet niet alleen van buiten te zien zijn, maar ook in het hart van de mens.

1.
Ik ben de Heer jullie God. Ik heb jullie uit Egypte geleid. Ik wil niet dat jullie andere goden dienen.
2.
Spreek mijn naam niet zomaar uit, zonder nadenken.
3.
Gebruik de Sabbat om Mij te vieren.
4.
Heb respect voor je vader en je moeder.
5.
Dood niet.
6.
Blijf trouw aan de mensen van wie je houdt.
7.
Steel niet.
8.
Vertel bij de rechter geen leugens over iemand.
9.
Blijf af van de vrouw van uw naaste.
10.
Verlang niet alles wat een ander heeft.



E.
'Wanneer men u op uw rechterwang slaat, keer hem dan ook de andere toe.'
(Matteüs 5, 39).
J.
'Ieder man die naar een vrouw kijkt en die haar verlangt, heeft in zijn hart reeds overspel met haar gepleegd.' ( Matteüs 5, 28).
H.
'De sabbat is er voor de mens en niet de mens voor de sabbat.'
( Marcus 2, 27).
B.
'Is het leven niet meer dan het eten en het lichaam niet meer dan de kleding?'
(Matteüs 6, 25)
C.
'Mijn moeder en mijn broers, dat zijn zij die naar het Woord luisteren en ernaar handelen.'
(Lucas 8, 21).
D.
'Jullie kunnen niet God dienen en het geld.'
(Lucas 16, 13)
A.
'Ga, en zondig vanaf nu niet meer.'
(Jezus tot de overspelige vrouw - Johannes 8, 11)
F.
'Niet iedereen die ‘Heer, Heer’ tegen Mij zegt, zal het Rijk van God binnengaan.'
(Matteüs 7, 21)
G.
'Geef aan de keizer wat van de keizer is en aan God wat van God is.'
(Marcus 12, 17)
I.
'Laat jullie ja ja zijn en jullie neen neen.'
(Matteüs 5, 37)


Opdracht
1 Onderlijn met groen de woorden van God die te maken hebben met het eerste deel van het gebod van Jezus: ‘Hou van de Heer uw God met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand.’
2 Onderlijn met geel de woorden van God die te maken hebben met het tweede deel van het gebod van Jezus: ‘Hou van uw naaste zoals van uzelf'.
3 Verbind de woorden uit het Oude Testament met de zinnen uit de evangelies die duidelijk maken dat Jezus hierin nog een stap verder gaat.



Correctiesleutel
1- D ; 2 – F ; 3- H ; 4 – C ; 5 – E ; 6 – A ; 7 – G ; 8 – I ; 9 – J ; 10 – B.

1. Ik ben de Heer jullie God. Ik heb jullie uit Egypte geleid. Ik wil niet dat jullie andere goden dienen.D. Jullie kunnen niet God dienen en het geld (Lucas 16, 13).
2. Spreek mijn naam niet zomaar uit, zonder nadenken.F. Niet iedereen die ‘Heer, Heer’ tegen Mij zegt, zal het Rijk van God binnengaan. (Matteüs 7, 21).
3. Gebruik de Sabbat om Mij te vieren.H. De sabbat is er voor de mens en niet de mens voor de sabbat. ( Marcus 2, 27).
4. Heb respect voor je vader en je moeder. C. Mijn moeder en mijn broers, dat zijn zij die naar het Woord luisteren en ernaar handelen. (Lucas 8, 21).
5. Dood niet. E. Wanneer men u op uw rechterwang slaat, keer hem dan ook de andere toe. (Matteüs 5, 39).
6. Blijf trouw aan de mensen van wie je houdt. A. Ga, en zondig vanaf nu niet meer (Jezus tot de overspelige vrouw. (Johannes 8, 11).
7. Steel niet. G. Geef aan de keizer wat van de keizer is en aan God wat van God is. (Marcus 12, 17).
8. Vertel bij de rechter geen leugens over iemand. I. Laat jullie ja ja zijn en jullie neen neen. (Matteüs 5, 37).
9. Blijf af van de vrouw van uw naaste. J. Ieder man die naar een vrouw kijkt en die haar verlangt, heeft in zijn hart reeds overspel met haar gepleegd ( Matteüs 5, 28).
10. Verlang niet alles wat een ander heeft. B. Is het leven niet meer dan het eten en het lichaam niet meer dan de kleding? (Matteüs 6, 25)




Rechten van de Mens

Klik hier voor een eenvoudige formulering van de rechten van de mens.

Vergelijk deze rechten met de 'tien woorden' van God.
Welke 'rechten' zouden door de woorden van God geïnspireerd kunnen zijn? Groepeer die per 'woord'.



Het dodenboek bij de Egyptenaren


Dodenboek

De overledene wordt afgebeeld in een linnen doodskleed, knielt voor de goddelijke rechters en somt 42 zonden die hij niet gedaan heeft.

Gegroet, machtige god, heer van de rechtvaardigheid
Ik ken u en de namen van de 42 goden in de rechtszaal.
Zie, ik ben tot u gekomen, ik breng u de waarheid en verdrijf de zonde.
Ik heb niemand kwaad gedaan.
Ik heb niemand gedood.
Ik spreek geen leugens in plaats van de waarheid.
Ik doe niet wat de goden verafschuwen.
Ik ben geen verklikker.
Ik ben geen lasteraar.
Ik klaag geen dienaar aan bij zijn meester.
Ik heb niemand honger laten lijden.
Ik heb niemand verdriet gedaan.
Ik ben geen moordenaar
Ik heb geen overspel gepleegd.
Ik heb de korenvelden niet verkeerd opgemeten
Ik ben zuiver, ik ben zuiver …
(Bron: Memoria 1 handboek, uitgeverij Pelckmans, 2020, p. 93)

Vergelijk wat de overledene niet gedaan heeft, met wat God in zijn 'tien woorden' vindt dat mensen niet mogen doen.
. Welke verboden komen overeen?
. Welke verboden zijn niet in beide godsdiensten te vinden?





VERDIEPEN

Cartoon

Laat de jongeren per vier bijeenzitten.
Bezorg elk groepje de tekst van de tien woorden en een cartoon.
De jongeren staan stil bij de vraag die bij de cartoon gesteld wordt.
Nadien brengen ze verslag van hun gesprek in de grote groep.





BELEVEN

Niet zomaar woorden

Materiaal
Zorg voor een aantal kranten en/ of weekbladen waarin politiek en sociaal nieuws te vinden is.
Groot blad papier of 10 A4-bladen.
De 'tien woorden':

- Ik ben jullie enige God.
- Als je mijn naam gebruikt, doe dat dan met eerbied.
- Vier Mij om de zeven dagen.
- Heb eerbied voor je vader en moeder: ze schonken je het leven.
- Alle leven is een geschenk van Mij. Eerbiedig het.
- Blijf trouw aan de mensen van wie je houdt.
- Steel niet.
- Wees eerlijk in wat je zegt.
- Spreek geen kwaad over anderen.
- Wees niet jaloers op wat anderen hebben.



Verloop
Verdeel de 'tien woorden' over het grote blad op kleef elk woord op een apart A4- blad.
De jongeren zoeken in de kranten / tijdschriften naar krantenkoppen of foto's die aantonen dat de woorden van God stilaan werkelijkheid worden of dat ze nog veel werk vragen.
Dit materiaal kleven ze rond de woorden van God waarop ze van toepassing zijn.
Het grote blad papier kan een muurkrant worden. Met de A4-bladen kan een boekje gemaakt worden.





ACTUALISEREN

De tien woorden in de XXIe eeuw

Zorg voor een aantal recente kranten, of het nieuws via internet.
Lees de eerste lezing van deze zondag voor.
Vraag de jongeren om deze tekst te herschrijven vanuit actuele situaties.
Bijvoorbeeld:
. plaatsnamen aanpassen aan huidige probleemgebieden
. onrecht: concreet omschrijven.





MEDITEREN

Er waren eens lang lang geleden...

(Naar: Bezinningsboekje bij de vastencampagne 2007 van Broederlijk Delen p. 46-47)

... tien geboden.
Samengeperst in een gedichtje
stonden ze daar.
Verroeste wegwijzers
in het landschap van het leven.

De wegen die ze wezen
waren vaak al jaren in onbruik.
Of het waren wegeltjes geworden,
overgroeid en nauwelijks herkenbaar.

Intussen stond een nieuwe wegwijzer,
goed verlicht te wijzen
naar de brede drievaksbaan
van onze tijd.

De drie geboden van een nieuwe god:
Gij zult presteren!
Gij zult concurreren!
Gij zult consumeren!

En gehoorzaam dat we zijn!

Waar is toch dat weggetje
waar die ene pijl naar verwees?
'Er is geen andere God,
dan Ik alleen!'





Overwegingen

Maurice Bellet 

De tien geboden vanuit het respect


Je zal beginnen met respect…
Je zal niet louter leven voor het werk, voor het geld, voor je vermaak. Je zal niet louter leven om je macht te vergroten of om je eigen belangen en het profijt van de uwen te verzekeren.
Je zal beginnen met een plaats te laten voor rust in je leven, voor genieting, waar je vrij bent voor wat komt, aandachtig voor de dingen waarop geen prijs staat.
Je zal zorgen voor het huis waarin Ik aanwezig ben. Je zal Mijn dag respecteren.
Dan zal het je gegeven worden om de weg te bewandelen en de deur van Mijn vreugde zal zich voor jou openen.



Agnes Lameire

Wegwijzers naar een vrijmakend bestaan

De Bijbel is een verzameling boeken waarin het begrip ‘Verbond’ de spil is waaromheen alles draait. Een overeenkomst of verbond is een onmisbaar onderdeel van het sociale leven van mensen. Er worden afspraken gemaakt die de betrokken partijen beloven na te komen. In de Bijbel heeft het woord ‘verbond’ ook een godsdienstige betekenis: God zelf heeft met zijn volk een verbond gesloten. Merkwaardig hierbij is dat het initiatief van Hem uitgaat. Nadat Hij, door de hand van Mozes, de groep Hebreeën uit Egypte heeft bevrijd en naar de woestijn geleid, biedt Hij zijn verbond van vriendschap aan. Zijn liefdevolle bescherming zal hen vergezellen en het beloofde land binnenvoeren. Als tegenprestatie belooft Israël zich te houden aan de woorden die we vandaag horen. In steen gebeiteld werden ze in de ark gelegd, een houten kist waaraan ringen waren bevestigd waardoor draagstokken werden geschoven. Zo reisde God met zijn mensen mee door de woestijn naar Kanaän, het land dat Hij aan Abraham en zijn nakomelingen had beloofd.
Stuk voor stuk zijn ‘de tien geboden’ wegwijzers naar een vrijmakend bestaan. Erken God als je Schepper en vergooi je niet aan afgoden van geld, macht en roem. Ga behoedzaam om met zijn heilige naam. Trakteer Hem en jezelf iedere week op een feestelijke rustdag. Waardeer het leven dat je ouders je hebben gegeven. Kom op voor het leven: koester en bescherm het onvoorwaardelijk. Bevestig je medemens in zijn naam, zijn kennen en zijn kunnen. Wees eerlijk in je handel en wandel. Hou je tong in bedwang en wees tevreden met wat je hebt. Beheers je begeerten en wens een ander van harte het beste toe. ‘En het hele volk antwoordde als uit één mond: ‘We zullen alles doen wat God heeft gezegd.’ ( Exodus 19, 8 )



Paul Kevers

De tien woorden

(P. KEVERS in Samuel plus, uitgeverij Averbode, 2006 nr 9)

De 'tien woorden' die Mozes op de berg Sinaï van God ontving, hebben een uiterst belangrijke plaats gekregen in de christelijke traditie en in de catechese. In de vorm van 'de tien geboden' werden ze de korte inhoud van de christelijke moraal.
Maar in de Bijbel zijn de 'tien woorden' niet los verkrijgbaar. Ze maken deel uit van een groot bevrijdingsverhaal. Dat blijkt uit de belangrijke eerste zin, die men jammer genoeg meestal weglaat: 'Ik ben de Eeuwige, uw God, die u heeft weggeleid uit Egypte, het slavenhuis.'
God heeft zijn volk bevrijd en biedt het nu zijn verbond aan. God is met zijn volk onderweg naar het beloofde land. De 'tien woorden' zijn wegwijzers naar het leven. Door die woorden ter harte te nemen, antwoordt het volk op het bevrijdingsinitiatief van God.
De meeste van de 'tien woorden' zijn negatief geformuleerd: 'Gij zult niet doden. Gij zult geen echtbreuk plegen.' Het zijn minimum-eisen. Maar die nodigen uit tot een positieve beleving: 'Eerbiedig het leven. Blijf trouw aan de mensen van wie je houdt.'
Dat is een levenslange opgave, maar ook een belofte. 'Gij zult...' betekent immers ook: 'Zo zal het met u gaan gebeuren.' De 'tien woorden' zijn het visioen van een rechtvaardige, humane samenleving. De uitbouw daarvan is aan ons, mensen, toevertrouwd.